ID: 6147 URI: https://id.erfgoed.net/archeologie/notas/6147
Het 3de niveau, aangelegd op een diepte van 2,45m onder het maaiveld moet onderzocht worden conform de Code van goede praktijk voor de uitvoering van en rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen. Alle aangesneden sporen worden in hun totaliteit onderzocht. Uit het bureauonderzoek blijkt dat het onderzoeksgebied zich (deels) binnen de contouren van een voormalige kloostertuin bevond. De wetenschappelijke vraagstelling, de staalnames en het natuurwetenschappelijk onderzoek moeten hier eveneens op geënt te worden: - Hoe precies is de iconografie? Kunnen de resultaten uit het archeologisch onderzoek afgetoetst worden aan de iconografische bronnen? - Zijn er sporen die gelinkt kunnen worden aan een vroegere tuinarchitectuur: paden, drainage systeem, perken, bosjes, hagen en andere aanplantingen, tuingebouwen en andere monumenten, terreinaanpassingen…? Wat is hun aard en datering? - Kunnen er uitspraken gedaan worden over de botanische historiek binnen het opgravingsareaal en zijn directe omgeving op basis van het macroresten, pollen en fytolietenonderzoek? - Zijn er vondsten die gerelateerd kunnen worden aan het gebruik als tuin? - Welke patronen van ruimtelijke en chronologische variatie kunnen herkend worden in de tuinarchitectuur en hoe zijn deze verschillende elementen onderling met elkaar verbonden? - Wat was de precieze afbakening van de tuin in haar verschillende opeenvolgende fases? - Welke bemestingspatronen, sporen van grondbewerking en van natuurlijke formatieprocessen, en (micro) stratigrafische sequenties kunnen er onderscheiden worden a.d.h.v. het micromorfologisch bodemonderzoek? - Wat is de landschapstypologische context van het onderzoeksgebied? Wat is de archeologisch relevante geologische en bodemkundige opbouw? Is er een microreliëf? Binnen het kader van een kloostertuin moet men eveneens rekening houden met de kans op complexe begravingscontexten. Indien deze worden aangetroffen tijdens de opgraving moeten er voldoende middelen en tijd voorzien worden om deze op te graven en te onderzoeken conform de Code van goede praktijk voor de uitvoering van en rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen.
Programma van maatregelen
Bestand: PM Tienen - Broekstraat-Sint-Jorisplein_v003.pdf
Auteur(s):
AUDENAERT Evelien,
BOUCKAERT Kevin,
CLAESEN Jan,
DIRIX Evelien,
SYS Annelien,
VAN GENECHTEN Ben,
VERBEELEN Giel
Verslag van resultaten
Bestand: NT Tienen - Broekstraat-Sint-Jorisplein_v004.pdf
Auteur(s):
AUDENAERT Evelien,
BOUCKAERT Kevin,
CLAESEN Jan,
DIRIX Evelien,
SYS Annelien,
VAN GENECHTEN Ben,
VERBEELEN Giel
Opgraving Tienen Broekstraat/Sint-Jorisplein
Eindverslag - ID 1216
https://id.erfgoed.net/archeologie/eindverslagen/1216
Meer informatie over het archeologisch traject kan je terugvinden op onze website.
Het agentschap Onroerend Erfgoed publiceert deze documenten op basis van het Onroerenderfgoeddecreet en het Onroerenderfgoedbesluit, maar staat in geen geval in en kan niet aansprakelijk gesteld worden voor de juistheid of rechtmatigheid van de inhoud van deze documenten. Bij opmerkingen of vragen over de rechtmatigheid van de inhoud van de dossiers of uw privacy, kan u contact opnemen met informatieveiligheid.oe@vlaanderen.be. Daarnaast vindt u meer informatie in onze privacyverklaring.